De één knapt na een coronabesmetting weer helemaal op, de ander blijft kampen met klachten. Ofwel: long covid. Wat weet jij erover?

1. Wanneer spreken we van long covid? 
a. Als iemand na een maand nog last heeft van klachten 
b. Als iemand na een week nog last heeft van klachten 
c. Als iemand na drie dagen nog last heeft van klachten

2. Hoe vaak lijkt long covid voor te komen?  
a. Bij 1 op 500 mensen met corona 
b. Bij 1 op 50 mensen met corona 
c. Bij 1 op 5 mensen met corona

3. Welke klachten horen niet bij long covid? 
a. Vermoeidheid, kortademigheid, spierpijn en hoofdpijn  
b. Pijn op de borst en hartkloppingen 
c. Depressie en vergeetachtigheid 
d. Alle bovenstaande klachten horen bij long covid

4. Coronapatiënten die langdurig op een IC hebben gelegen, kampen soms met Intensive Care Acquired Weakness (ICUAW). Waardoor ontstaat dit?
a. Doordat patiënten op de buik liggen en niet kunnen bewegen 
b. Door functionele en structurele veranderingen in zenuwen en spieren 
c. Doordat patiënten in coma worden gebracht en gehouden 

5. Waar richten covid-revalidatieprogramma’s zich op? 
(er zijn meerdere antwoorden mogelijk) 
a. De behandeling van lichamelijke klachten 
b. De behandeling van psychische klachten 
c. De behandeling van cognitieve klachten 
d. Alle bovenstaande antwoorden zijn goed

6. Wat is waar? 
1. Long covid-revalidatie kan zo wel klinisch als poliklinisch plaatsvinden. 
2. Alleen coronapatiënten die in het ziekenhuis hebben gelegen, komen in aanmerking voor medisch specialistische revalidatie (MSR) of geriatrische revalidatie (GR).

a. Stelling 1 is goed, stelling 2 is fout 
b. Stelling 1 is fout, stelling 2 is goed 
c. Beide stellingen zijn goed 
d. Beide stellingen zijn fout

Antwoorden

a. Als iemand na een maand nog last heeft van klachten
b. Als iemand na een week nog last heeft van klachten
c. Als iemand na drie dagen nog last heeft van klachten

Het goede antwoord is: A

Bij een coronabesmetting kunnen klachten langer dan een week aanhouden. Pas na een aantal weken, spreken we van long covid.

a. Bij 1 op 500 mensen met corona
b. Bij 1 op 50 mensen met corona
c. Bij 1 op 5 mensen met corona

Het goede antwoord is: C

Volgens een eerste schatting heeft 1 op de 5 personen een maand na een positieve test nog klachten. Dat aantal neemt verder af na twaalf weken of langer na de besmetting.

a. Vermoeidheid, kortademigheid, spierpijn en hoofdpijn
b. Pijn op de borst en hartkloppingen
c. Depressie en vergeetachtigheid
d. Alle bovenstaande klachten horen bij long covid

Het goede antwoord is: D

Mensen met long covid kunnen last hebben van verschillende klachten. Ook aanhoudende verhoging en langdurig verlies van het reukvermogen horen erbij. Sommige klachten blijven lang bestaan, maar de ernst ervan kan wel afnemen in de loop van de tijd.

a. Doordat patiënten op de buik liggen en niet kunnen bewegen
b. Door functionele en structurele veranderingen in zenuwen en spieren
c. Doordat patiënten in coma worden gebracht en gehouden

Het goede antwoord is: B

ICUAW (ofwel ernstige spierzwakte) komt voor bij patiënten die langdurig op de IC hebben gelegen. Naar schatting heeft ongeveer de helft van de patiënten die langer dan twee dagen op de IC heeft gelegen, één jaar na ontslag nog te maken met fysieke belemmeringen.

a. De behandeling van lichamelijke klachten
b. De behandeling van psychische klachten
c. De behandeling van cognitieve klachten
d. Alle bovenstaande antwoorden zijn goed

Het goede antwoord is: D

De revalidatieprogramma’s richten zich zowel op de behandeling van lichamelijke klachten, als die van psychische- en cognitieve klachten.

1. Long covid-revalidatie kan zo wel klinisch als poliklinisch plaatsvinden.
2. Alleen coronapatiënten die in het ziekenhuis hebben gelegen, komen in aanmerking voor medisch specialistische revalidatie (MSR) of geriatrische revalidatie (GR).

a. Stelling 1 is goed, stelling 2 is fout
b. Stelling 1 is fout, stelling 2 is goed
c. Beide stellingen zijn goed
d. Beide stellingen zijn fout

Het goede antwoord is: C

Antwoorden

a. Je kijkt het dossier snel door. Je neemt je voor om thuiszorg aan te raden.
b. Je ziet in het dossier dat mevrouw eerder bij poh-ggz onder behandeling was. Je neemt je voor om ook even  te informeren naar haar gemoedstoestand.
c. Je kijkt in het dossier naar haar ziekte geschiedenis en naar wat er nu speelt. Zou er meer aan de hand zijn? Je wilt eerst horen hoe het nu met haar is.

a. Hoe voelt u zich? Maakt u zich zorgen? Als u me wat meer vertelt over uw situatie, dan kunnen we de behandeling daarop aanpassen.
b. Vindt u het prettig als iemand met u meedenkt over de keuzes voor behandeling? Wie zou u de volgende keer willen meenemen?
c. Ik kan me voorstellen dat u niet blij wordt van de diagnose, maar we gaan niet bij de pakken neerzitten hè?

a. U heeft een punt, exacerbaties kunnen veroorzaakt worden door een virale luchtweginfectie. Er zijn diverse opties om de kans op exacerbaties te reduceren. Wilt u daar eerst op reflecteren?
b. Wat zijn uw ervaringen met uw COPD- klachten en de griep? Wat is voor u belangrijk voor de komende winter?
c. Als ik u zo hoor dan zou ik de griepprik nemen. U kunt natuurlijk ook uit de buurt blijven van uw medebewoners en extra vitaminepillen slikken. Wat denkt u zelf?

a. U kunt plastabletten innemen, zodat het vocht in uw voeten minder wordt. Dan heeft u wel kans op uitdroging, daarom is het belangrijk dat u genoeg drinkt. In plaats van de tabletten kunt u ook groene thee  drinken. Is het duidelijk wat u kunt doen?
b. U heeft last van oedeem. Daarvoor kunt u een vochtafdrijvend middel innemen, waarbij u wel moet oppassen voor hydratatie. Via voeding kunt u ook aan  uw vochtbalans werken. Bijvoorbeeld door zoutarm te eten en veel water en groene thee te drinken.
c. U kunt plastabletten innemen, zodat u minder vocht vasthoudt. Meer bewegen en minder zout eten kan ook helpen, maar plastabletten werken het beste. Ik zal ze voor u bestellen bij de apotheek.

a. Is het een idee dat uw moeder de dagbehandeling eerst uitprobeert? Het is belangrijk dat er iemand met haar meegaat. Als het niet bevalt, kunt u er altijd op terugkomen. Zullen we als jullie twee keer zijn geweest verder praten?
b. Als u verwacht dat de dagbehandeling voor uw moeder niet gaat werken, dan moeten we dat niet doen. Er zijn mogelijkheden voor multiculturele dagopvang, ik geef u een boekje mee.
c. Oké, we spreken af dat uw moeder vanaf volgende week naar de dagbehandeling gaat.

Word lid en praat mee!

Samen met 105.000 leden maken we ons als beroepsvereniging sterk voor professionalisering van de beroepen verpleegkundige, verzorgende en verpleegkundig specialist. Leden horen, zien en helpen; dat is waar we als V&VN voor staan. Wil jij invloed hebben op hoe jouw beroep zich ontwikkelt? Word lid van V&VN.

Ontwerp Zonder Titel (15)