Column Stomaverpleegkundige: de dagelijkse praktijk
- 26 september 2022
- Nieuwsbericht
- Stomaverpleegkundigen
Het wijkteam van de thuiszorg belt mij om bij mw. Winter op huisbezoek te gaan.
Mevrouw Winter is een dame van 68 jaar. Ze is geopereerd in Duitsland, zoals dat bij ons in de regio wel vaker gebeurt. Ze heeft een urinestoma gekregen in verband met blaaskanker. Toen ze naar huis mocht gaven ze haar vanuit het Duitse ziekenhuis het advies om de begeleiding bij stomazorg in Nederland te zoeken omdat dat in Nederland veel beter geregeld is. Mijn ervaring is dat ook geadviseerd wordt om in Nederland de materialen te bestellen, vaak via de thuiszorg.
Ik werk als stomaverpleegkundige in het ziekenhuis en daarnaast sinds 9 jaar bij thuiszorg Sensire als stomaverpleegkundige. Toen ik begon waren er nog niet veel gespecialiseerd verpleegkundigen. Ik heb toen min of meer zelf, samen met de wondverpleegkundige, deze functie binnen de thuiszorg neergezet. Nu zijn er veel meer gespecialiseerd verpleegkundigen, zoals 2 continentie-verpleegkundigen. En sinds een jaar ook een tweede stomaverpleegkundige! Zij werkt daarnaast óók in het ziekenhuis.
Na al die jaren vind ik het werk als stomaverpleegkundige nog steeds een mooi vak; en nog steeds leer ik bij. Ik leer van alle stomadragers en hun naasten die ik mag ontmoeten, maar ook van mijn collega’s. Vaak hoor ik dat het een doel is om zo min mogelijk de wijkzorg in te zetten bij stomadragers. Zelf kijk ik hier anders naar; het doel moet zijn om te streven naar een zo zelfredzaam mogelijke stomadrager. En regelmatig is de thuiszorg daarbij een onmisbare schakel in het proces, zoals bij mw. Winter.
Kennismaking en inventariseren van de zorgvraag
Bij mijn eerste huisbezoek aan mevrouw Winter zie ik een vriendelijke en intelligente dame, maar zichtbaar vermoeid. We maken kennis met elkaar en ze vertelt dat ze nog maar amper een jaar weduwe is. Haar man was na een lijdensweg aan kanker overleden. Ze bleef alleen achter, ze heeft geen kinderen. Doordat ze direct daarna zelf ziek werd heeft ze nog geen tijd gehad om te rouwen en het verlies van haar man te verwerken. In haar huis en tuin is zichtbaar veel achterstand. In huis zie ik dozen met spullen op elkaar gestapeld en aan de planten is te zien dat ook de tuin niet goed wordt onderhouden op het moment.
Ik begin met het inventariseren van de volledige situatie van mevrouw; het wordt mij al snel duidelijk dat ze op dit moment een beperkte draagkracht heeft. Door haar vermoeidheid kan ze de stomazorg nog niet zelf; ook heeft ze nogal eens lekkages. We nemen een aantal belangrijke dingen door wat betreft het urinestoma zelf en we gaan ook samen de verzorging van de stomazorg doen.
Toen mw. op de rand van haar stoel zat zag ik dat er kuilvorming was rond de stoma, er zat urine onder de huidplaat en de huid was vochtig. Daardoor dreigde de huid te beschadigen. Dit is voor mij een reden om haar een huidplaat met convexiteit te adviseren en laat haar ook zien waarom. Nadat ik haar stoma had gezien en ik haar 1- en 2 delig materiaal had uitgelegd, kiest zij voor een tweedelig systeem. Terwijl ik uitleg geef breng ik de huidplaat en het stomazakje aan.
Ik bespreek met mw. welke hulp zij wil en wat ik haar adviseer. De lekkages geven haar een onzeker gevoel. Eén van de redenen dat ze de thuiszorg nog echt nodig heeft. In het zorgdossier plaats ik de rapportage, uitvoeringsinstructies en de nodige foto’s. Bij het afscheid spreek ik met haar af dat ik zelf over een week weer bij haar thuis kom.
De week verliep vervolgens goed. Het wijkteam pakte de zorg op volgens de uitvoeringsinstructies. Er waren geen lekkages meer en mw. gaf aan dat het zo goed ging dat ze de nachtzak niet meer aankoppelde in de nacht. Dat was niet meer nodig, de urine paste in haar stomazakje. Dit is voor mij een alarmsignaal dat ze mogelijk veel te weinig drinkt en geef direct het advies dat ze meer moet drinken.
Na 1 week
Tijdens het tweede huisbezoek nemen we natuurlijk de verzorging van de stoma door maar bespreken we ook haar eet- en drinkgewoontes. Ze krijgt uitleg over wat ze zou moeten drinken en dat de nachtzak toch wel gevuld moest zijn met 1 tot 1,5 liter urine.
Ook het eten is een probleem. Dit komt door de vermoeidheid, maar ook doordat ze nu alleen is. De vermoeidheid wordt niet alleen veroorzaakt door de operatie (en alles daar om heen), maar ook doordat zij tot kort geleden haar man verzorgde en nu het verlies van haar man aan het verwerken is. Alles bij elkaar had mw. dus veel “op haar bordje”. Het was duidelijk dat zij nu niet goed voor zichzelf kon zorgen. Daarom heb ik samen met de collega’s van de thuiszorg afgesproken dat we tijdens ieder zorgmoment ook aandacht hebben voor eten en drinken. Kleine dingetjes kunnen al helpen zoals een glaasje water naast haar neerzetten als je weggaat. We inventariseren verder welke hulp zij nodig heeft bij het eten en drinken (bijvoorbeeld boodschappen) en hoe dit aan te pakken. Mw. had zelf in haar sociaal netwerk mensen die haar hierbij kunnen helpen. Daarnaast hebben we ook regelmatig aandacht voor het verwerken van het verlies van haar man.
Een half jaar verder …
In de afspraken die in de weken daarop volgden, maakten we samen telkens weer een stapje in zelfredzaamheid bij stomazorg en bleef voeding een belangrijk aandachtspunt. Uiteindelijk was mw. na enkele maanden volledig zelfredzaam. Mw. knapte fysiek op, was minder vermoeid en kon daardoor ook de eigen verzorging weer oppakken. Ze ging weer met haar naaste familie dingen ondernemen. Uiteindelijk plande ze een vakantie met haar broer en het leven kreeg weer glans.
Stomaverpleegkundige zorg thuis
Ik denk nog regelmatig aan mw. Winter. Voor mij geeft deze casus heel duidelijk de meerwaarde aan van ondersteuning in de thuissituatie. Het gaat niet alleen om het leren van “het trucje” van stomaverzorging. Je ziet de patiënt in de eigen omgeving waardoor ook duidelijk wordt dat er meer ondersteuning nodig is buiten de stomazorg om. Als de dagelijkse zorg en ADL niet goed geregeld zijn zal dat de stomaverzorging ook negatief beïnvloeden.
Als de stomadrager thuis is gaat een proces lopen, in verwerking maar ook veranderingen bij de stoma zelf. Je kan mensen helpen dit te leren herkennen. Ook al is er in het ziekenhuis informatie en educatie gegeven dan zal dit thuis nog vele malen herhaald moeten worden. Ook zie je hoe de normale dagelijkse activiteiten van die stomadrager invloed kunnen hebben op de stoma of het materiaal. Bijvoorbeeld als iemand de veters strikt of aan het tuinieren is. Hoe is de houding, heeft een bepaalde activiteit invloed op de draagtijd van het materiaal? Deze casus laat zien dat nazorg door een stomaverpleegkundige heel goed thuis kan plaatsvinden. In vele gevallen zelfs beter, omdat de omgeving veel zegt over iemand. Daarnaast heb je als stomaverpleegkundige thuis een nauw contact met het thuiszorgteam, en signaleer je heel snel of er in het team een kennistekort is.
Stomaverpleegkundige in het ziekenhuis én in de thuiszorg
Mijn mening over het nut van stomazorg in de thuiszorg is veranderd. Ook de patiënt vindt het heel prettig om zowel in het ziekenhuis als thuis ondersteuning te kunnen krijgen. Zij willen vaak niet kiezen. Ik leg uit dat ik goede contacten heb en altijd overleg mogelijk is; dit geeft vertrouwen.
Voor mijzelf heeft deze combinatie echt meerwaarde, je hebt op beide werkplekken korte lijntjes en makkelijk contact met collega’s. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat het wel meer energie kost; je moet op 2 werkplekken de ontwikkelingen binnen de organisatie bijhouden, maar het is echt een verrijking om op deze manier te kunnen werken.
Gedüle Hermsen - Stomaverpleegkundige
Streekziekenhuis Koningin Beatrix & Thuiszorg Sensire - Winterswijk
[tekst: Jolanda Smelt]
Word lid en praat mee!
Samen met 105.000 leden maken we ons als beroepsvereniging sterk voor professionalisering van de beroepen verpleegkundige, verzorgende en verpleegkundig specialist. Leden horen, zien en helpen; dat is waar we als V&VN voor staan. Wil jij invloed hebben op hoe jouw beroep zich ontwikkelt? Word lid van V&VN.