Paarse glittercondooms: verpleegkundige praat over seksuele geaardheid met cliënt

Tarik*, 19 jaar, komt bij mij op het spreekuur. Tijdens het consult valt het mij als verpleegkundige seksuele gezondheid op dat hij wat voorzichtig is in het antwoorden. Hij maakt weinig oogcontact en zijn reacties zijn kort.

Op de vraag of hij zich thuis voelt bij een bepaalde seksuele identiteit, schudt hij ‘nee’ met zijn hoofd. Hij zit ondertussen naar de Sense-kaartjes te kijken op mijn bureau. Hierop staan glitterbananen, meloenen en een aubergine met een grote roze donut. “Welk kaartje spreekt je aan?”, vraag ik. Op dat moment pakt hij het kaartje met de glitterbanaan. “Ik ben deze afbeelding vaker tegengekomen en de glitterbanaan heeft mij aan het denken gezet.” In contact met vrienden gaat het al gauw over perziken en de aubergine in de donut steken. Hij doet hieraan mee, maar hij weet niet goed of dit wel is wie hij is.

Tijdens mijn consult met Tarik gaat het minimaal over soa, maar veel meer over zijn seksuele identiteit en beleving. Ik vraag Tarik naar zijn eerste seksuele ervaring met een meisje nog niet zo lang geleden. “Ik vond er niet zoveel aan. Het was wel spannend omdat het nieuw voor me was. Maar echt opgewonden, nee dat werd ik niet.”

Ik vraag hem of hij eerder wel momenten heeft ervaren van opwinding. Tarik vertelt enthousiast over een film die hij laatst heeft gezien, waarin twee mannen vurig seks hadden. “Ik denk dat ik mezelf meer aangetrokken voel tot mannen, is dit gek?”, vraagt hij. “Nee, helemaal niet”, antwoord ik. “Een seksuele voorkeur kan veranderen en is nooit definitief. Een seksuele voorkeur is dus voor iedereen anders. De een weet al jong dat hij homoseksueel is en de ander weet het pas veel later of is meer fluïde. Hoe zou het voor je zijn als je op jongens zou vallen?” Tarik is vooral wat bang voor de reacties uit zijn omgeving. “Straks vindt niemand mij meer leuk of word ik buitengesloten”, antwoordt hij. Verder in het consult lijkt Tarik er toch open voor te staan om zijn gedachten en zoektocht te delen met zijn zus. Hij vertrouwt haar en zij voelt veilig om het als eerste mee te delen. Ik benoem dat hij op deze wijze een mooie stap maakt in het zorgen voor zichzelf en zichzelf te uiten. Tarik bloost een beetje en knikt voorzichtig ja.

“Hoe kom ik er achter of ik echt op jongens val?”, vraagt Tarik als laatste. “Heb je daar zelf een idee over?”, vraag ik. Goh moeilijke vraag. “Wat zou je jouw beste vriend adviseren als hij deze vraag zou stellen?”, vraag ik. “Probeer het eens uit”, denkt Tarik. En dan gaat hij op ontdekkingstocht voor zichzelf, met zijn paarse glittercondooms op zak.

*Tarik is om privacyredenen een gefingeerde naam