'Telemonitoring is ook goede zorg'

  • 16 augustus 2023
  • Nieuwsbericht
  • V&VN Algemeen
Ouderenzorg: man met mobiele telefoon (Pixabay)
Foto ter illustratie © Pixabay

Telemonitoring in de wijk kan helpen om ziekenhuisopnames te voorkomen en de doorstroom van patiënten te versnellen. Dat staat in de position paper die V&VN en de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) samen hebben opgesteld. Linda Zwagerman, longverpleegkundige van Evean regio Zaanstreek/Waterland en Amsterdam-Noord deelt haar ervaringen. 'Telemonitoring is ook goede zorg.'

De druk op de zorg is door krapte op de arbeidsmarkt, covid en andere ontwikkelingen sterk gestegen. Ziekenhuizen zoeken naar mogelijkheden om opnamen te voorkomen en doorstroom van patiënten te versnellen. Telemonitoring in de wijk is voor hen niet de oplossing, maar wel een van de oplossingen. “Als gespecialiseerd longverpleegkundige werk ik in de wijk, dus ik kom bij de mensen thuis”, zegt Linda Zwagerman. “Niet alleen vanuit de longpoli van het ziekenhuis krijg ik aanvragen, maar ook van de huisarts. Of telemonitoring het ei van Columbus is, weet ik niet, maar ik zie het zeker als toegevoegde waarde. Zowel voor mij als verpleegkundige als de cliënt zelf.”

Het scheelt ook veel tijd, want ik ben per cliënt zo’n half uur onderweg en die reistijd heb ik met telemonitoring niet meer.

“Op zich is het namelijk heel eenvoudig: de cliënt installeert een app op zijn smartphone of tablet, vult gegevens in en die lezen we op afstand uit. Op deze manier kan de cliënt zelfstandig reageren op symptomen en kan de longverpleegkundige op afstand acties uitvoeren, indien nodig. Zo hoeft de cliënt dan niet direct naar het ziekenhuis. Dat scheelt veel tijd. De cliënt behoudt dus feitelijk zijn eigen regie en zelfstandigheid. Hij is op dat moment niet meer afhankelijk. Het scheelt mij en mijn collega’s trouwens ook veel tijd en geld, want ik ben per cliënt zo’n half uur onderweg en die reistijd heb ik dan niet meer. De zorg blijft op die manier gewaarborgd.”

Zwagerman ziet in de praktijk dat telemonitoring af en toe niet zo eenvoudig werkt als van tevoren gedacht. “Je moet een goede, digitale vaardigheid hebben en die heeft niet iedereen. Daarnaast spelen leeftijd en laaggeletterdheid een grote rol voor het slagen van het gebruik van de app. In de praktijk blijkt de wat oudere doelgroep vaak geen smartphone te hebben of ze weet niet hoe ze de app moet installeren. Bij Evean, waar ik werk, hebben cliënten nu de beschikking gekregen over een tablet die helemaal gericht is op hen. Daar zitten geen extra knoppen op en ze zien op het scherm alleen groene of rode buttons, zodat die telemonitoring op een goede manier kan plaatsvinden.”

Familieleden

Zwagerman vervolgt: “Wel heb ik in de praktijk gemerkt dat sommige patiënten stellen dat ze recht op fysieke zorg hebben. Wij móeten bij hen langs. Of ze willen naar het ziekenhuis komen. Maar telemonitoring is óók goede zorg en behoort ook tot het recht op fysieke zorg. Daar ligt voor ons nog wel een taak. We moeten de cliënten daarin wel meenemen. Vaak lukt het dan wel om familieleden te betrekken in dit proces. Die gaan dan met hun vader of moeder even zitten, installeren de app en kunnen dan verder. Ik heb meegemaakt dat ze nu druk aan het Whatsappen zijn, iets wat ze voorheen niet konden.”

De longverpleegkundige kan niet vaak genoeg benadrukken dat zij en haar collega’s op afstand paraat staan als het moet. “Je ziet de cliënt namelijk niet echt live, maar via een beeldscherm, waardoor je signalen kan missen. Je ziet de kleur van hun huid niet, je hoort hun ademhaling niet, dat kunnen valkuilen zijn. Ze kunnen sociaal wenselijke antwoorden geven of ze vullen een vragenlijst wat abstract in, zonder voorbeelden van henzelf. Als ik dat in de gaten heb, dan neem ik zeker maatregelen. Door bijvoorbeeld de bloeddruk te meten, maar via de app kun je ook doorvragen. Dan kom je misschien tot de conclusie dat je de huisarts moet waarschuwen of de medicatie gaat aanpassen.”

Met deze voorbeelden kom je al snel bij de verantwoordelijkheid, vooral als je op afstand werkt. “De verantwoordelijkheid ligt bij behandelaar. Dat wil zeggen: de huisarts en/of longarts die telemonitoring heeft geïnitieerd”, besluit Zwagerman.

Zie ook: Telemonitoring in de thuissituatie.

Word lid en praat mee!

Samen met 105.000 leden maken we ons als beroepsvereniging sterk voor professionalisering van de beroepen verpleegkundige, verzorgende en verpleegkundig specialist. Leden horen, zien en helpen; dat is waar we als V&VN voor staan. Wil jij invloed hebben op hoe jouw beroep zich ontwikkelt? Word lid van V&VN.

Ontwerp Zonder Titel (15)