Zo voorkom of verminder je overbelasting bij mantelzorgers
- 23 september 2021
- Nieuwsbericht
- V&VN Algemeen
Mantelzorgers krijgen door het groeiende personeelstekort en de vergrijzing meer verantwoordelijkheden en zorgtaken. Het risico op overbelasting als zij lange tijd intensief zorg verlenen ligt op de loer. Weet jij hoe je zorgt voor ondersteuning bij (dreigende) overbelasting? In de nieuwe richtlijn Mantelzorg vind je hiervoor handreikingen en tools. Verzorgende IG en V&VN-bestuurslid Fenny Steunenberg (55) vertelt.
Een dagelijkse boodschap voor je buurman, de verzorging van een zieke partner of je moeder helpen met het huishouden: waar stopt ‘af en toe helpen’ en begint zorgen? Fenny: "Ik spreek van een mantelzorger als iemand hand- of spandiensten aan een zorgvrager levert. Zoals begeleiding, toezicht of gezelschap houden, hulp bij dagelijkse (huishoudelijke en administratieve) activiteiten, of persoonlijke verzorging."
Fenny werkt binnen haar eigen organisatie nauw samen met mantelzorgers. "We nemen mantelzorgers vanaf het begin mee in het zorgproces. Ze kunnen al onze rapportages inzien. Ook wanneer er sprake is van zorgmijding zijn mantelzorgers erg belangrijk. Als voorbeeld: een cliënt wilde geen zorg. Dit was volgens hem 'allemaal niet zo nodig'. Tot zijn zoon vertelde dat hij al vier keer was gevallen. Essentiële informatie om samen met de mantelzorger en de zorgvrager te bespreken hoe toch wél die zorg te leveren."
Herken overbelasting
"Omdat mantelzorgers meer verantwoordelijkheden en zorgtaken krijgen is het nodig om de draaglast van mantelzorgers te blijven toetsen. Want maar liefst 830.000 Nederlanders geven langdurige (meer dan drie maanden) en/of intensieve (meer dan acht uur per week) hulp. Van alle mantelzorgers voelt 9,1% (460.000) zich zwaar belast. Dat is - op z’n zachtst gezegd - schrijnend te noemen."
Overbelasting sluipt er volgens Fenny langzaam in. Zoals bij een vrouw die mantelzorger voor haar man was. "Hij zat in een rolstoel en had een wond aan zijn voet door diabetes. Ze hielp hem met aan- en uitkleden, naar het toilet gaan, etc., best intensieve zorg dus. Het was een nette, verzorgde vrouw, maar ze oogde steeds vermoeider en leek minder goed voor zichzelf te zorgen. Ze droeg steeds vaker een badjas, bijvoorbeeld, in plaats van zich aan te kleden. De was stapelde zich op, mevrouw was gehaast en kortaf en nam geen tijd meer voor een gesprekje. Tijd om aan de bel te trekken."
Hoe ondersteun je?
Hoe grijp je in bij (dreigende) overbelasting? "Daar kan de richtlijn Mantelzorg je bij helpen. Allereerst: neem regelmatig de tijd voor een een-op-een gesprek, zonder dat de zorgvrager erbij is. Het kan zijn dat je het gevoel hebt dat je je op glad ijs begeeft en dat de mantelzorger vanuit een schuldgevoel niet over de zorgvrager wil praten, of niet wil laten merken dat het eigenlijk niet meer gaat.
Bied een luisterend oor en durf vragen te stellen, zoals: Hoe gaat het met jou? Hoe verliep de avond gister? Accepteert uw man/vrouw de zorg? En is de zorg die we leveren nog voldoende? In de richtlijn vind je waardevolle vragenlijsten en hulpmiddelen die je kunnen helpen bij het gesprek."
"Je hoopt dat iemand zelf aan die bel trekt", zegt Fenny. Maar soms moet je (voorzichtig) pushen. Het kan helpen om letterlijk te benoemen wat je ziet. Dat deed ik bijvoorbeeld bij de overbelaste partner van de diabetespatiënt: “Ik zie dat u heel druk bent. U partner heeft zorg nodig, maar u heeft zelf ook energie nodig. Want als u uitvalt, dan kan uw man ook niet meer thuis wonen. Wij kunnen meer taken in de indicatie opnemen.” Door die bewustwording nam ze onze hulp gelukkig aan.
Oog voor jonge mantelzorgers
In de richtlijn is er ook extra aandacht voor jonge mantelzorgers. Een groep waar volgens Fenny te weinig aandacht voor is. "Bijvoorbeeld een situatie waarin een 8-jarig jongetje als tolk fungeert, bij iemand die de Nederlandse taal niet spreekt? Mijn cliënt had last van zwangerschapsincontinentie. Dan moet ik aan haar kind vragen stellen zoals: Heeft u pijn? Verliest u urine? Hoe gaat het emotioneel? Heel persoonlijke vragen die je moeilijk via een kind bespreekt.
Maar ook een jonge student die heel veel zorg voor de moeder op zich neemt, en daardoor te weinig tijd en aandacht kan investeren in de eigen ontwikkeling. Belangrijk is dat er oog is voor de jonge mantelzorger om te kijken waar deze ondersteund kan worden. Ook hiervoor vind je behulpzame handvatten in de richtlijn."
Daarnaast staat er in de richtlijn een goede vragenlijst waarin mensen aangeven hoeveel tijd ze per taak besteden. "Heel feitelijk, maar ontzettend goed om overbelasting te signaleren. Je ziet snel de knelpunten, bijvoorbeeld als iemand (te) veel tijd besteedt aan een zorgvrager aan- en uitkleden, of douchen. Bij zo’n conclusie kunnen wij eventueel extra hulp inschakelen."
Blijven toetsen, bevragen en herhalen
"Zorg dat je aandacht voor de mantelzorger opneemt in je zorgplan. Bijvoorbeeld door een keer per week een een-op-een gesprekje met mevrouw A te voeren. Blijven toetsen, bevragen en herhalen. Kom terug op afspraken en controleer of de zorg die je levert voldoende is. Door de krapte in de zorg wordt er steeds kritischer gekeken waar we nodig zijn. En zijn we afhankelijker van de mantelzorger. Daarom is het extra belangrijk om - samen - op een gezonde manier de zorg te dragen. Iets waar de richtlijn Mantelzorg een mooie bijdrage aan levert."
De richtlijn mantelzorg is in samenwerking met V&VN en met financiering van ZonMw uitgevoerd door Radboudumc afdeling IQ healthcare, Hogeschool Arnhem Nijmegen en Universitair Medisch Centrum Utrecht.
Word lid en praat mee!
Samen met 105.000 leden maken we ons als beroepsvereniging sterk voor professionalisering van de beroepen verpleegkundige, verzorgende en verpleegkundig specialist. Leden horen, zien en helpen; dat is waar we als V&VN voor staan. Wil jij invloed hebben op hoe jouw beroep zich ontwikkelt? Word lid van V&VN.