Vraag van de maand
In de rubriek: ‘de vraag van de maand’ behandelen we maandelijks een vraag die van belang is voor de hele beroepsgroep. Dit kunnen vragen zijn die gaan over wet- en regelgeving, maar ook over de herregistratie, het opleidingsregister of over de RSV. Hieronder vind je alle vragen van de maand van het afgelopen jaar op een rij.
Vragen
In de rubriek ‘De vraag van de maand’ staat een vraag die van belang is voor de hele beroepsgroep centraal. Deze maand gaat het over het vastleggen van je bekwaamheid op het moment dat je in een ander expertisegebied gaat werken.
“Ik ben opgeleid als verpleegkundig specialist AGZ en ik werk in de neurologie. Ik zie met name patiënten die een CVA of TIA hebben gehad. Nu zal de komende tijd de patiëntenstroom veranderen waardoor mijn werkzaamheden deels veranderen: zo zal ik ook injecties gaan geven. Ik krijg dit aangeleerd door een medisch specialist. Hoe moet ik dit vastleggen?”
De wetgever heeft in de 'Regeling zelfstandige bevoegdheid verpleegkundig specialisten' aan VS-en de bevoegdheid gegeven tot een aantal voorbehouden handelingen, waaronder het voorschrijven (en toedienen) van geneesmiddelen. Daaraan zijn een aantal voorwaarden verbonden:
Voorwaarden zelfstandige bevoegdheid VS:
- Handelingen vinden plaats binnen het specialisme;
- Handelingen zijn van beperkte complexiteit;
- Handelingen worden routinematig verricht;
- Risico's van de handelingen zijn te overzien;
- Uitoefneing vindt plaats volgens landelijke richtlijnen, standaarden en protocollen.
Naast deze voorwaarden is een andere algemene voorwaarde van kracht. Deze voorwaarde geldt voor iedere BIG-beroepsbeoefenaar die een handeling uitvoert: je moet bekwaam zijn.
Het bepalen of je bekwaam bent is een individuele verantwoordelijkheid van jezelf. Jij moet je kunnen verantwoorden. Het is daarom verstandig (maar niet verplicht) om schriftelijk vast te leggen dat je een bekwaamheid hebt verworven om een belangrijke nieuwe handeling uit te voeren. Een goede methode is dat degene die jou de handeling aanleert, jou een e-mail stuurt waarin die persoon verklaart dat hij jou die handeling heeft aangeleerd en dat hij jou bekwaam acht. Maar ook dan geldt: jouw bekwaamheid is jouw persoonlijke verantwoordelijkheid.
Om je te kunnen herregistreren moet je globaal aan twee eisen voldoen:
- De werkervaringseis
- De deskundigheidsbevorderingseis
Als je de komende periode moet herregistreren, dan is de corona-coulanceregeling van toepassing. Deze houdt in dat alle registratieperioden die vóór 01-01-2026 aflopen worden beoordeeld aan de hand van een aangepaste norm: een verlichting van de werkervaringseis van 10% en een verlichting van 20% op de deskundigheidsbevorderingseis:
De tijdelijke norm werkervaringseis
Je hebt gedurende 5 jaar minimaal 3.744 uur gewerkt als verpleegkundig specialist binnen jouw specialisme. Van die 3.744 uur moet je ten minste de helft (1.872 uur) in de directe patiëntenzorg hebben gewerkt. Dit alles leg je vast in een werkervaringsverklaring die je opvoert in je portfolio.
De tijdelijke norm deskundigheidsbevorderingseis
Deze norm bestaat uit een aantal onderdelen. Na 5 jaar heb je minimaal 160 uur aan deskundigheidsbevordering gedaan (TOTAAL).
Deze 160 uur bestaat uit:
- Minimaal 85 uur bij- en nascholing
- Minimaal 25 uur intercollegiale toetsing
- Hooguit 50 uur overige deskundigheidsbevorderende activiteiten (ODA)
De tijdelijke ontheffing en de verlaging van de herregistratie-eisen zijn vastgelegd in het Gedoogbeleid - Bijzonder Besluit COVID-19.
Let op
Deze aangepaste eisen zijn dus niet van toepassing op registratieperiodes die na 01-01-2026 aflopen. Voor alle verpleegkundig specialisten die zich na 01-01-2026 herregistreren zijn de standaard herregistratie-eisen van toepassing.
Sommige werkgevers willen met hun verpleegkundig specialisten afspraken maken over de voorbehouden handelingen die zij doen. Bijvoorbeeld over welke geneesmiddelen zij voorschrijven. Ze willen dit dan vastleggen in b.v. een formulier dat je ondertekent. Moet je daarin meegaan als verpleegkundig specialist? Het korte antwoord daarop is: Nee, het vooraf inperken van de handelingen van een verpleegkundig specialist staat haaks op zelfstandige bevoegdheid van de verpleegkundig specialist. We lichten het antwoord graag verder toe.
Het gebruiken van formulieren om vast te leggen welke handelingen een verpleegkundig specialist uitvoert en welke geneesmiddelen zij voorschrijft, stamt nog uit de periode tussen 2012 en 2018 toen er gewerkt werd met een 'Tijdelijk besluit zelfstandige bevoegdheid verpleegkundig specialisten'. Het beroep was nog jong en gaf verpleegkundig specialisten een tijdelijke bevoegdheid voor bepaalde voorbehouden handelingen. In 2017 werd dit besluit geëvalueerd en in 2018 omgezet naar een regeling die de zelfstandige bevoegdheid van de verpleegkundig specialist definitief wettelijk vastgelegd: 'Regeling zelfstandige bevoegdheid verpleegkundig specialist'.
De aard van de zelfstandige bevoegdheid is dat een beroepsbeoefenaar zonder toezicht of tussenkomst van derden voorbehouden handelingen mag uitvoeren. Het is aan de verpleegkundig specialist om zelf te bepalen (en indien nodig te verantwoorden voor een tuchtcollege of naar de inspectie) dat zij de voorbehouden handelingen (waaronder het voorschrijven van medicatie) op een bekwame wijze uitvoert, binnen de kaders en voorwaarden die de wetgever hieraan stelt. Het gebruik van lijstjes die het handelen van de verpleegkundig specialist vooraf inperken, staat daarmee haaks op de zelfstandige bevoegdheid van de verpleegkundig specialist.
Lees voor meer informatie het artikel: De wettelijke context van de voorbehouden handelingen.
Let bij het indiceren en uitvoeren van voorbehouden handelingen wél altijd op de volgende voorwaarden:
- Handelingen vinden plaats binnen het specialisme
- Handelingen zijn van beperkte complexiteit
- Handelingen worden routinematig verricht
- Risico’s van de handelingen zijn te overzien
- Uitoefening vindt plaats volgens landelijke richtlijnen, standaarden en protocollen
Ja. Als verpleegkundig specialist is het mogelijk om in twee specialismen – AGZ én GGZ – te werken mits je ook in beide specialismen geregistreerd staat. In sommige sectoren is de combinatie van somatische en geestelijke gezondheidszorg niet ongebruikelijk, omdat de beide specialismen daar nauw verweven zijn binnen één functie. Voorbeelden daarvan kom je tegen in de psychogeriatrie of in de gehandicaptenzorg. Maar het is ook mogelijk dat iemand twee aparte banen heeft: één puur somatisch van aard, en de andere in de GGZ.
Wil je je registreren in een tweede specialisme dan zijn de volgende zaken belangrijk om te weten.
- Het gaat om twee aparte registraties in twee afzonderlijke registers: het register voor het Verpleegkundig Specialisme AGZ en het register voor het Verpleegkundig Specialisme GGZ. Je moet aan de ingangseisen voor beide registers kunnen voldoen. Je kunt bijvoorbeeld een individueel scholingsprogramma bij een MANP-opleiding doorlopen om een eindverklaring te verkrijgen voor het tweede specialisme.
- Voor elk specialisme heb je een eigen registratietermijn van vijf jaar, met (zeer waarschijnlijk) een verschillende start- en einddatum. Hierdoor moet je aan het einde van iedere registratieperiode voor elk specialisme een afzonderlijke herregistratieprocedure doorlopen.
- De deskundigheidsbevordering en werkervaring van de twee specialismen kunnen elkaar overlappen, wanneer beide specialismen onlosmakelijk verweven zijn binnen één functie. Bijvoorbeeld bij intercollegiale toetsing, wordt er dan binnen één sessie gereflecteerd op zowel AGZ- als GGZ-aspecten van de beroepsuitoefening, omdat beide onderdeel zijn van één functie. In zo’n geval kunnen de betreffende activiteiten in beide portfolio’s worden opgevoerd en meetellen voor je herregistratie. Dat maakt het eenvoudiger om te voldoen aan de herregistratie-eisen van de twee specialismen.
Met behulp van de volgende vragen kun je toetsen of er sprake is van een dergelijke mate van verwevenheid:
- Oefent de verpleegkundig specialist het beroep uit in beide specialismen?
- Vindt de beroepsuitoefening in beide specialismen plaats binnen één functie/aanstelling gedurende tenminste 24 uur per week?
- Kan bij de beroepsuitoefening NIET duidelijk worden onderscheiden in welk specialisme patiënten worden behandeld?
- Zijn hiermee de beide specialismen onlosmakelijk verweven binnen de functie die wordt uitgeoefend?
- Is het aannemelijk dat binnen de functie voor elk van de twee specialismen ten minste 8 uur patiëntenzorg wordt verricht?
- Voldoet alle werkervaring aan de werkervaringseisen van de beleidsregel Werkervaring?
Het is verstandig om na registratie in een tweede specialisme aan de RSV te vragen (telefonisch of per e-mail) in welke mate de herregistratie-eisen van toepassing zijn op beide specialismen. Om dit te toetsen hanteert de RSV een vaste procedure, waarbij gebruik wordt gemaakt van bovenstaande vragen. Met de uitslag van deze procedure weet je waar je aan toe bent voor je herregistratie.
Kijk voor meer informatie over registratie in een tweede specialisme op de webpagina Registeren in ander specialisme.
Alle vragen rond opleiding, registratie en herregistratie
De RSV is een wettelijk orgaan dat ervoor zorgt dat het Verpleegkundig Specialisten Register op een goede manier is georganiseerd. Het is vooral een uitvoeringsorganisatie met ‘publieke taken’, die een bijdrage levert aan de kwaliteit van de beroepsuitoefening van verpleegkundig specialisten en de veiligheid van de patiëntenzorg. De RSV doet dit door toezicht te houden op de eisen rond de opleiding en de registratie van verpleegkundig specialisten.
Bij de RSV kun je dan ook terecht met al je vragen rond de erkenning van de opleidingen, de registratie en de herregistratie van verpleegkundig specialisten. Ook de vragen die hiervan zijn afgeleid kun je stellen aan de RSV. Bijvoorbeeld over je inschrijving in het opleidingsregister, of over het bijhouden van je portfolio in het kader van je herregistratie.
Alle vragen rond wetgeving
De RSV weet ook veel over de wettelijke positie van het beroep. Vragen over (eind)verantwoordelijkheid, zelfstandige bevoegdheid en voorbehouden handelingen kun je altijd aan haar stellen.
Vragen rond belangenbehartiging, positionering en netwerken door afdeling V&VN VS
De RSV behartigt niet de belangen van de beroepsgroep of van individuele beroepsbeoefenaren. Dat doet de afdeling van de verpleegkundig specialisten, V&VN VS. De afdeling probeert ervoor te zorgen dat verpleegkundig specialisten in alle sectoren van de Nederlandse gezondheidszorg een stevige positie hebben en dat het beroep op een goede manier wordt uitgeoefend.
Ook organiseert de afdeling veel netwerken van verpleegkundig specialisten in de verschillende zorgsectoren. Daar wisselen verpleegkundig specialisten hun ervaringen uit en leren zij van elkaar hoe zij de belangen van de beroepsbeoefenaren nog beter kunnen behartigen. Vragen over belangenbehartiging, positionering en netwerken die de RSV ontvangt, sturen we daarom ook door naar de afdeling V&VN VS.
Kortom: Heb je vragen over opleiding, registratie, herregistratie of wetgeving? Stuur je vraag naar registers@venvn.nl.
Heb je vragen rondom belangenbehartiging, de positie van het beroep in de zorg of over netwerken en de mogelijkheid ervaringen uit te wisselen? Stuur je vraag naar info@venvnvs.nl.
Nadat je je MANP-opleiding hebt afgerond en jij je getuigschrift hebt ontvangen, kun je een verzoek tot wettelijke registratie indienen voor het Verpleegkundig Specialisten Register.
Je registratie in het Verpleegkundig Specialisten Register geeft jou de bevoegdheid om de wettelijk erkende titel te voeren en de voorbehouden handelingen te verrichten die de wetgever aan het specialisme heeft verbonden.
Getuigschrift of uittreksel van het DUO-diplomaregister
Bij het aanvragen van registratie is het belangrijk dat je het getuigschrift of een uittreksel uit het diplomaregister van DUO toevoegt. Als je het getuigschrift nog niet hebt ontvangen is het vaak wel al mogelijk bij DUO een uittreksel op te vragen. Dit uittreksel kun je uploaden in je registratie-aanvraag.
Eindverklaring
Wanneer op het getuigschrift of uittreksel geen specialisme wordt vermeld waarin je bent opgeleid, is het nodig dat je een eindverklaring toevoegt aan je aanvraag tot registratie. Op deze eindverklaring kruis je aan in welk specialisme je je wilt laten registreren en je laat de hoofdopleider van de hogeschool deze verklaring ondertekenen. Download de eindverklaring.
Verwerking aanvraag
Zodra je aanvraag is ingediend ontvang je binnen twee weken een bevestiging en factuur en zal je aanvraag worden beoordeeld. Zo wordt er gecontroleerd of:
- je gedurende je gehele opleiding in het opleidingsregister hebt gestaan;
- je getuigschrift of uittreksel uit het diplomaregister geldig is;
- en of een eventueel aangeleverde eindverklaring volledig en correct is ingevuld.
Als dit allemaal akkoord is, kan je registratie in het Verpleegkundig Specialisten Register worden afgerond. Hiervan ontvang je een bevestiging per mail. Daarnaast ontvang je per post een officieel certificaat van je registratie en de brochure ‘Werken als verpleegkundig specialist’. De Registratiecommissie Specialisme Verpleegkunde (RSV) geeft je registratie door aan het BIG-register, dat hiervan een publieke aantekening maakt bij je registratiegegevens in het BIG-register.
Als een scholing niet is geaccrediteerd voor het Verpleegkundig Specialisten Register wordt deze scholing niet automatisch in je portfolio opgevoerd. Dit hoeft echter niet te betekenen dat de scholing ook niet mee kan tellen voor je herregistratie.
Naast bij- en nascholing die geaccrediteerd is voor het Verpleegkundig Specialisten Register, is het ook mogelijk om zelf ‘elders geaccrediteerde scholing’ op te voeren. Dit is bij- en nascholing die is geaccrediteerd voor een andere beroepsgroep uit de Nederlandse gezondheidszorg, én die heeft plaatsgevonden ná 1 januari 2018. Dus stel dat je een scholing hebt gevolgd die niet is geaccrediteerd voor het Verpleegkundig Specialisten Register, maar bijvoorbeeld wel voor het Kwaliteitsregister V&V, dan kun je deze scholing alsnog zelf toevoegen aan het portfolio. Dit doe je door in je portfolio onder de kop ‘Bij- en nascholing’ te kiezen voor de knop ‘Toevoegen elders geaccrediteerde scholing’. Voeg hierbij alle benodigde informatie toe zoals een bewijs van deelname en een bewijs van accreditatie. Je mag per registratieperiode maximaal 25 uur van de verplichte 100 uur bij- en nascholing invullen met ‘elders geaccrediteerde scholing’. Meer informatie over elders geaccrediteerde scholing lees je terug op de pagina Bij- en nacholing.
Het is ook mogelijk om een buitenlandse scholing zelf toe te voegen aan je portfolio via de knop ‘Toevoegen buitenlandse scholing’. Een buitenlandse scholing is een internationale scholing op masterniveau die is geaccrediteerd door een buitenlandse beroepsorganisatie die is erkend door de Accreditatiecommissie van de RSV. Staat de beroepsorganisatie niet in de lijst van erkende organisaties, maar ben je van mening dat deze hier wel voor in aanmerking zou kunnen komen? Dan is het mogelijk om hier een aanvraag voor in te dienen. Hoe je dit precies doet, welke eisen eraan zijn verbonden en overige informatie over het toevoegen van buitenlandse scholing aan je portfolio lees je terug op de pagina Buitenlandse scholing op deze website.
Scholing die helemaal niet geaccrediteerd is, kun je niet opvoeren in je portfolio van het Verpleegkundig Specialisten Register.
Om deze vraag te kunnen beantwoorden kijken we eerst naar de algemene wettelijke context, om vervolgens in te zomen op deze specifieke casus.
Vanuit wettelijk oogpunt geldt het volgende:
- Een vios die nog in opleiding is, is een verpleegkundige op basis van artikel 3 van de Wet BIG en haar registratie in het BIG-register. Pas na registratie in het Verpleegkundig Specialisten Register (wat alleen mogelijk is na diplomering) is een verpleegkundige op basis van artikel 14 van de Wet BIG bevoegd om de titel verpleegkundig specialist te voeren, is zij zelfstandig bevoegd tot het indiceren, uitvoeren van en/of opdrachtgeven tot voorbehouden handelingen.
- Het zelfstandig behandelaarschap is ook een onderdeel is van de beroepsuitoefening van de verpleegkundig specialist, zoals vastgelegd in het beroepsprofiel. Dit betekent dat een VS zelfstandig anamneses mag afnemen, diagnoses mag stellen, onderzoek mag (laten) uitvoeren, behandelingen starten en/of doorverwijzen.
- Tijdens de opleiding tot verpleegkundig specialist is de vios een 'verpleegkundige in opleiding tot specialist'. Dat wil zeggen: een verpleegkundige op basis van artikel 3. De competenties die zij in haar opleiding aanleert, verwerft zij onder supervisie van een erkende praktijkopleider en gespecialiseerde leermeesters. Samen met hen maakt de vios afspraken over de mate waarin zij haar werk zelfstandig kan uitvoeren. Dat geldt zowel voor de voorbehouden handelingen als voor de algemene beroepsuitoefening.
- In deze opleiding dragen beide partijen (praktijkopleider/leermeesters en de vios) een eigen verantwoordelijkheid. De vios is als verpleegkundige zelf verantwoordelijk voor het feit dat zij bekwaam moet zijn voor hetgeen zij doet. Supervisoren dragen geen verantwoordelijkheid voor het handelen van de vios, maar wel voor de zorgvuldige wijze waarop zij afspraken maken over de mate van toezicht en tussenkomst die is vereist. Dat betekent dat een supervisor moet kunnen uitleggen op welke gronden hij het verantwoord vond dat een vios een bepaalde mate van zelfstandigheid werd gegeven bij het uitvoeren van beroep waarvoor zij in opleiding is. Concreet betekent dit: wanneer een vios een fout maakt, zal aan de vios de vraag worden gesteld op welke gronden zij meende dat zij bekwaam was, terwijl aan de supervisor zal worden gevraagd op welke gronden hij meende dat het verantwoord was om aan te nemen dat de vios bekwaam was.
Wat betekent dit voor de vraag of een vios zelfstandig consulten mag doen?
De Wet BIG reguleert wat de beroepsuitoefening betreft alleen de kwesties rond de voorbehouden handelingen. Het voeren van consulten wordt niet bij deze wet gereguleerd, maar door afspraken tussen zorgpartijen en door professionele standaarden. De vraag of een vios zelfstandig consulten mag doen, is vanuit de Wet BIG dan ook niet te beantwoorden. Hier ligt in ieder geval geen belemmering.
De huisarts of VS heeft wettelijk gesproken geen 'autoriteit' die kan worden overgedragen, er kan dan ook niet worden gesproken van autorisatie. Feitelijk gaat het hier om een beslissing binnen een supervisietraject waarin de praktijkopleider/leermeester en de vios het beiden verantwoord achten dat de vios bepaalde handelingen zelfstandig uitvoert. Beide partijen nemen hierin een eigen verantwoordelijkheid.
Het is aan te raden om de afspraken die in dit kader worden gemaakt, schriftelijk vast te leggen.
In verband met de coronacrisis zijn de eisen voor herregistratie tijdelijk verlaagd. Momenteel zijn de eisen voor herregistratie:
160 uur deskundigheidsbevordering in totaal, waarvan
- minstens 85 uur geaccrediteerde bij- en nascholing;
- minstens 25 uur intercollegiale toetsing (ICT);
- de overige 50 uur mogen worden gevuld met overige deskundigheidsbevorderende activiteiten (ODA), en/of met meer scholing en/of ICT.
Controleer daarom voordat je het portfolio indient op de volgende punten:
- Heb ik een werkervaringsverklaring geüpload? Het bolletje komt op groen te staan zodra er een bestand is geüpload. Kijk als je meerdere werkgevers hebt (gehad) goed na of er voor iedere werkgever een werkervaringsverklaring is opgevoerd en of je dit in het juiste format hebt gedaan.
- Heb ik minstens 85 uur bij- en nascholing in mijn portfolio staan?
- Heb ik minstens 25 uur ICT opgevoerd?
- Heb ik in totaal minstens 160 uur aan deskundigheidsbevordering opgevoerd?
Herregistratie en/of steekproef aanvragen
Dien je herregistratie-aanvraag in vóórdat je registratieperiode verloopt. Als je aanvraag is ingediend, dan zullen de activiteiten in je portfolio inhoudelijk worden beoordeeld door de Registratiecommissie. Zodra de beoordeling is afgerond, ontvang je hierover binnen een vastgestelde termijn bericht.
Ook kan je, voordat je herregistratie aanvraagt, via ‘Mijn V&VN’ een steekproef aanvragen. Dan controleert de Registratiecommissie steekproefsgewijs enkele activiteiten uit je portfolio.
Meer informatie over bijvoorbeeld het aanvragen van een steekproef vind je hier. Ook vind je op de website alle informatie rondom de eisen voor herregistratie.
Alhoewel de RSV zich kan voorstellen dat deze wens er is, vooral als een activiteit een grote toegevoegde waarde heeft gehad, is het antwoord op deze vraag nee. We leggen graag uit waarom.
De reden dat regels niet (nooit) met terugwerkende kracht kunnen gelden, heeft te maken met 'eerlijkheid'. Wanneer we bij jou zouden toestaan dat je een oude activiteit alsnog onder de nieuwe regelgeving mag opvoeren, benadelen we iemand die inmiddels geherregistreerd is en die dat niet kon (en misschien ook zou hebben gewild). Degene die inmiddels is geherregistreerd, zal misschien zeggen: als ik dat geweten had, dan had ik ook nog wel wat op willen voeren.
Om die reden zijn er 'fatsoensregels' opgesteld (ook wel 'algemene beginselen van behoorlijk bestuur' genoemd). In deze 'fatsoensregels' is vastgelegd dat je niet achteraf de spelregels mag wijzigen, juist om te voorkomen dat personen waarover al een besluit is genomen achteraf geconfronteerd worden met nieuwe regels waar zij geen rekening mee hebben kunnen houden.
Hoe zit het met je titel?
De titel 'verpleegkundig specialist geestelijke gezondheidszorg' is een beschermde titel die is voorbehouden aan diegenen die ook daadwerkelijk zo staan geregistreerd. Dat betekent dat je niet bevoegd bent om die titel te voeren. Je kunt je natuurlijk wél verpleegkundig specialist AGZ noemen. Een tussenweg zou zijn om jezelf eenvoudig 'verpleegkundig specialist' te noemen. Maar dat zou beschouwd kunnen worden als een vorm van misleiding, omdat je hiermee de indruk wekt dat je VS GGZ bent, aangezien je werkzaam bent in een GGZ-instelling.
We raden daarom aan om je volledige titel te gebruiken: verpleegkundig specialist algemene gezondheidszorg.
Hoe zit het met je bevoegdheden?
De bevoegdheden die de wetgever aan je toekent, zijn direct verbonden aan je registratie en je beroep: verpleegkundig specialist algemene gezondheidszorg.
Voorbehouden handelingen
Dit betekent dat de zelfstandige bevoegdheid die je hebt ten aanzien van voorbehouden handelingen, alleen geldig is binnen het specialisme waarin je staat geregistreerd. Het voorschrijven van geneesmiddelen is één van deze voorbehouden handelingen.
Je bent dus niet bevoegd om geneesmiddelen voor te schrijven aan patiënten met een psychiatrische stoornis.
Aangezien het voorschrijven van geneesmiddelen de enige voorbehouden handeling is, die niet overdraagbaar is, mag je dit ook niet doen in opdracht of onder supervisie.
Beroepsuitoefening
Verder ben je alleen bevoegd om je beroep van verpleegkundig specialist uit te oefenen binnen je specialisme (AGZ).
Buiten dit specialisme ben je voor de wet geen specialist, maar 'gewoon' artikel 3-verpleegkundige.
Dit betekent dat jij niet de functie van verpleegkundig specialist binnen een GGZ-instelling kunt uitoefenen, TENZIJ je een speciale taak hebt bij de behandeling van somatische klachten van GGZ-patiënten.
Hoe zit het met je bekwaamheid?
Om de beroepskwalificaties te verwerven van een ander specialisme, moet je een individueel scholingsprogramma volgen bij een door het RSV erkende opleidingsinstelling. De informatie hierover vind je hier.
- Registers
- Verpleegkundig Specialisten Register